Van één-op-één begeleiding naar terug in de groep
Hoe help je een cliënt om zich thuis te voelen in een groep?
Rik Kleinsmit werkt al 20 jaar in de gehandicaptenzorg. In die tijd heeft hij cliënten die individuele begeleiding kregen, al vaker geholpen om aan te sluiten bij een groep. Hoe pak je dit het beste aan? Hij deelt een casus en geeft tips.
Behoefte aan contact
“Een van mijn cliënten Ben* verhuisde naar een nieuwe groep en kreeg daar één-op-één begeleiding. Het team om hem heen had een andere werkwijze dan de andere bewoners en hun begeleiders. Zo heeft Ben bijna twee jaar geleefd, met steeds andere groepen die in de woning kwamen wonen. We merkten dat hij toe was aan contact en erbij wilde horen, maar het werd al snel te veel. Best een uitdaging dus. We besloten het contact langzaam op te bouwen.”
Zorg afstemmen
“De andere begeleiders van de groep waren best argwanend en vroegen zich af of Ben geen onrust ging brengen binnen de groep. Hij kan soms erg schreeuwen namelijk. Het is daarom belangrijk de begeleiding goed te informeren en de leuke kanten van de cliënt te laten zien. Voordat je cliënten gaat integreren moet je eerst als team één geheel worden. Daarom sloten we bij elkaars vergaderingen aan en stemden we de zorg af. Dat gaat van de visie op de zorg tot praktische zaken, zoals eet- en verzorgingsmomenten.”
De juiste omstandigheden
Je zorgt als begeleider voor de juiste omstandigheden. Hoe dat eruitziet, is beginnen op een goed moment; wanneer er geen verhoogde spanning is. Ik ben eerst met Ben een paar keer naar het dorpshuis geweest. Als het druk was, merkte ik dan zijn spanning steeg. Dan ging hij gedrag laten zien. Gelukkig kennen de mensen hem op het terrein, dus daar is begrip voor. Dat is essentieel voor een goede integratie, begrip en moeite van twee kanten.